![](https://www.pietkoek.nl/wp-content/uploads/2025/01/wp-17365089663784446402983275311474.jpg)
“Ik ben blij dat je er bent”, zegt verzorgende Mieke als ze beneden in de flat de buitendeur voor me komt openmaken. “Mevrouw Bakker roept de hele dag al ‘Hallo, Hallo!’ en de andere bewoners worden er helemaal gek van. Als jij gaat zingen horen ze eindelijk wat anders”.
“Hallo Hallo!” hoor ik al vanuit de verte als ik de deur van de afdeling met een cijfercode heb ontsloten. Ik ken mevrouw Bakker al jaren. En al die jaren uit ze zich bij voorkeur met “Hè hè”. Maar sinds ze vorige week uit de rolstoel is gevallen, blijkt daar “Hallo, hallo” bij te zijn gekomen.
Joop, bijna horizontaal in zijn stoel in de gezamenlijke huiskamer hangend, veert met zijn lange lijf op, en zijn ogen beginnen te glimmen als hij me ziet. “Piet”, zegt hij, “die mevrouw daar gaat vandaag helemaal los”. “Hallo, Hallo”, roept “die mevrouw” met een verwilderde blik.
Ik pak mijn gitaar uit en zet het openingsliedje in. “Goedenavond lieve mensen hier vandaag……” om het zoals altijd te laten uitmonden in “24 rozen voor jou!” Ook Bert zingt vanonder zijn woeste baard weer enthousiast mee. Zonder geluid overigens; ik ken niemand die zo uit volle borst kan playbacken als hij.
Vandaag heb ik “landschappen” meegenomen. Liedjes over berg en dal, over bos en heide, duinen en zee. Als we bij het eerste refrein van “Op de grote stille heide” zijn aangekomen stormt Sjaan achter haar rollator binnen. Mopperend als altijd. Theatraal en schel brult ze “Hoe vèèèèr is de héiiiiide!”. Zij heeft altijd de eerste twee liedjes nodig om te ontdooien. Daarna zijn we weer de beste maatjes. Maar nu duidelijk nog niet.
Achter de pilaar zit Klaas verscholen. Dat weet ik omdat ik hem ineens in onvervalst plat Amsterdams hoor brommen “We gaan allemaal naar de verdommenis!” Ik begroet hem en hij trippelt schoorvoetend in zijn rolstoel naderbij.
Dan wordt Sina binnengebracht, al is ze nauwelijks herkenbaar. Ook zij is recentelijk gevallen (“Het was zeker binnen net zo glad als buiten”, zeg ik in een poging er wat humor in te brengen) en haar hoofd vertoont alle kenmerken van een doorgebrande gloeilamp. Grauwgrijs met een waas erover.
Door haar dunne witte haar heen is een enorme paarsblauwe bult zichtbaar. Als ze aarzelend en met een gepijnigde grimas begint mee te zingen met “Jo Met De Banjo” (“wij zijn dol op de bossen, daar kunnen we hossen, daar kunnen we klossen”) schiet haar bovengebit uit zijn verband en blijft nog net op tijd aan haar onderlip hangen.
“Dat begint weer veelbelovend, Piet!” zegt Joop met een knipoog. Achter me brult Sjaan sardonisch “Jooooo met de banjoooo!” “Hè hè” zucht mevrouw Bakker. En Klaas laat zijn beker thee vallen. Sina doopt een vinger in haar beker om daarmee te trachten de vlekken uit haar veel te wijde spijkerbroek te vegen.
Net als ik onwillekeurig begin te denken aan zinnen als “We zijn dankbaar dat haar verder lijden is bespaard”, breekt de zon in Sina’s gehavende gezicht door. “Jij bent toch ook mijn lieverd, hè”, zegt ze, en ze legt haar magere arm om mijn schouders, zodat ik het accordeonspel wel moet staken. A capella zingen we door. “Heerlijk land van mijn dromen” en “Vaar met me mee rond de wereld, mijn kind”.
Sjaan dirigeert inmiddels enthousiast mee met haar beide armen, Klaas is met een gelukzalige glimlach in diepe slaap verzonken, Bert heeft al playbackend mond en ogen wijd opengesperd en mevrouw Bakker zingt alle coupletten van ieder lied zonder haperen uit haar blote hoofd.
“Tot over twee weken!” roep ik als ik na een uurtje de gang weer uitloop. “Hè hè!” hoor ik nog net voordat ik met mijn gitaar op mijn rug en mijn accordeonkoffer in mijn hand de lift instap, “Hallo hallo!”
(hoewel dit alles kort geleden waar is gebeurd, heb ik uiteraard uit privacyoverwegingen niet de echte de namen van al deze lieverds gebruikt)
Hallo Piet, begrijp me goed, ik lach niemand uit! Maar zie jou verhaal als een filmpje voor me. Het heeft lach- salvo’s opgeleverd. Maar heerlijk dat je met jouw werk, plezier brengt. Bedankt dus. Liefs Corry
Dankjewel. Ja, dat herken ik….het is triest en grappig tegelijkertijd. In dit werk liggen een lach en een traan zo dichtbij elkaar.