Maandelijks archief: mei 2020

Geheimen

Ik zal een jaar of twaalf zijn geweest toen ik met touw en doorzichtige lichtgroene kralen zelf deze rozenkrans knoopte, gevoelig als ik was voor rituelen en religie.

Ik leefde in die jaren zelfs met het romantische ideaal om priester te worden. Ik denk dat ik in het geloof deels ontsnapping zocht uit een leven vol bekende, onbekende en onbestemde gevaren. Zo leerde ik het immers van mijn ouders die – beide kind in de Tweede Wereldoorlog – gewend waren om de buitenwereld te wantrouwen en genoegen te nemen met een klein, overzichtelijk bestaan.

In mijn kinderlijk geloof zocht, verlangde en vond ik echter óók ruimte die ik in het dagelijks leven niet aantrof. Een rijk en open landschap waarin ik voor het leven werd geraakt door natuur, kunst, muziek, poëzie en spiritualiteit. Misschien ontsnapte ik ermee aan de harde werkelijkheid. Of ontwikkelde ik juist gevoeligheid voor een andere dimensie ín die werkelijkheid? In ieder geval heb ik veel ontvangen in die tijd, en de verwondering geleerd waar ik ook nu nog veel aan heb en waar ik aan groei.

De toegangspoort naar kunst, muziek, natuurbeleving en mystiek is in mijn leven soms lange tijd zoek, en dan weer ineens is ze levensgroot aanwezig. Een andere werkelijkheid ín of áchter of ónder déze werkelijkheid? Misschien júist wel als de zogenaamde realiteit ineens een stuk minder betrouwbaar is als zij lijkt, zoals nu, wereldwijd en in het klein.

In ieder geval haal ik de rozenkrans nog wel eens tevoorschijn. Eigenlijk is de rozenkrans een soort mantra-achtig gebed, waarin je, terwijl je je handen rustig voortbeweegt langs de kralen, mediteert over een thema. Vandaag bijvoorbeeld over het “geheim” of “mysterie” van de “verrijzenis”. Voor mij, zoals ik er nu mee bezig ben, gaat dat niet over een historische gebeurtenis of een wetenschappelijk al dan niet te verklaren natuurverschijnsel. Maar veel meer over zoiets als de kracht van het leven en kíezen vóór dat leven te midden van onzekerheid óver dat leven. Over ambivalentie en schijncontrole uit handen geven.

De lichtgroene kralen van mijn oude rozenkrans corresponderen met het jonge groen van de lente.

Geachte Mevrouw/Meneer Corona

,

Geachte Mevrouw/Meneer Corona,

De afgelopen maanden hebben we geleidelijk met u kennis gemaakt. Dat wil zeggen: eerst dook uw naam op in verre oorden maar steeds meer zijn we ook in onze eigen omgeving van u gaan vernemen. Enerzijds klinkt uw naam inmiddels dus vertrouwd, maar anderzijds boezemt de klank ervan ons ook vooral veel angst in. Uw naam wordt geassocieerd met schrik, ziekte, dood en een enorme ontregeling. Dat moet voor u toch ook niet leuk zijn om te horen.

U bent gekomen om te blijven, zo lijkt het. Tijd dus om misschien wat nader kennis te maken. Als we elkaar iets beter leren kennen en we het aandurven om elkaar in de ogen te kijken, worden we wellicht iets minder bang. Doordat wij u “demoniseren” en voor u op de vlucht slaan, wordt u in onze ogen en nachtmerries misschien nog veel angstaanjagender dan u in werkelijkheid bent. En waarschijnlijk bent u ook wel een beetje bang voor ons geworden, als je nagaat dat wij het voortdurend hebben over een “strijd tegen” en het “overwinnen van” Corona.

Wat we van u weten is dat u voortkomt uit de levende natuur, net zoals wij. En, al bent u klein, onzichtbaar voor onze ogen zelfs, u bent buitengewoon vitaal en krachtig. En het schijnt dat u zich vooral daar laat zien waar wij zwak en uitgeblust zijn, waar onze leefomgeving is vervuild, waar onze gewoontes ongezond zijn en waar de ongelijkheid tussen mensen het meest schrijnend is. Wilt u ons daar iets mee zeggen? Heeft u misschien de mening dat wij als mensheid ziek, oud en moe zijn? Dat wij inmiddels zo lijden onder onze eigen leefstijl dat u gekomen bent om ons uit ons lijden te verlossen?

Alstublieft niet, want misschien begrijpen wij het principe van de “survival of the fittest” wel met ons verstand, maar ons hart kan dat niet aan. Er is namelijk ook nog zoiets als liefde. En wij houden zielsveel van onze kwetsbare ouderen, en we hebben onze breekbare broeders en zusters lief. Dat kunt u toch wel zien?

Hoewel, in onze geglobaliseerde samenleving laten we zeker steken vallen. Waar we anderen als tweederangsburgers behandelen, waar geen gelijke kansen zijn, dragen we indirect zelf bij aan datgene waar u mee bezig bent: de zwaksten treffen. En daarom is het misschien in deze kennismaking niet alleen goed dat we u aankijken, maar ook dat we onszelf weer eens met andere ogen gaan zien. Als u ons daar een beetje tijd er ruimte voor zou willen geven, graag.

Zo lijkt het het ons ook zinvol om eens beter te kijken naar onze leefomgeving. Hoe we omgaan met de aarde, de lucht, het water, de andere levende wezens. Onze eigen gulzigheid en expansiedrang. Misschien krijgen we nu de gelegenheid en de tijd om een beetje bescheidener te worden.

Meneer en/of mevrouw Corona, laten we in gesprek gaan en kijken of we elkaar op één of andere manier kunnen respecteren. Misschien wilt u dan stoppen om ons zo onvoorspelbaar en beangstigend te treffen. Aangezien u bent gekomen om te blijven en wij nog lang niet van plan zijn om weg te gaan, zullen we het voortaan samen moeten rooien. Hoe we dat het beste kunnen doen, zullen we van elkaar moeten leren. We horen van u,

Met vriendelijke groet,

De familie Mensheid