Takken

Onze appelboom is deze week gesnoeid. Afgelopen jaar heeft hij voor het eerst vrucht gedragen. En hoe! Goudreinetten, wel zeventig van die grote blozende appels waar we heerlijke moes, taart en andere baksels van hebben gegeten. Lekker gezond, als we het deeg, de suiker, de boter en de slagroom gemakshalve buiten beschouwing laten.

Nu moest hij gesnoeid worden. Best een precair klusje, want je moet weten welke takken je moet inkorten, welke scheuten je helemaal weg moet halen en welke je juist moet laten zitten. En volgens mij moet je er ook een beetje gevoel voor hebben. Een beetje in contact staan met de natuur. Dit jaar heeft de hovenier het gedaan; de volgende keer wil ik het zelf proberen.

Ik verheug me op volgende week: Dan begint de “Vastentijd”, de veertig dagen voor Pasen. En elk jaar doe ik daar iets mee. Omdat paasverhalen vertellen over leven dat sterker is dan de dood. En dat soort verhalen heb ik nodig. Niet alleen om ze te horen of te vertellen, maar ook om ze te ervaren, te doorleven. Zoals in de tuin: in de troosteloosheid van het najaar en de stilte van de winter lijkt het leven dood. Maar in het voorjaar komt alles weer tot ontplooiing. Een ongelooflijke explosie van groei en bloei. Ieder jaar weer, al ons cynisme ten spijt. Een wonder.

Steeds verwachten we die lente, we vertrouwen er op dat ze komt, maar dat betekent voor mij nog niet dat ze vanzelfsprekend is. De droogte van het afgelopen jaar heeft best wel indruk op me gemaakt. We zijn afhankelijker van het weer en het klimaat dan we soms in onze overmoed denken. En er is veel dat we zomaar “ontvangen”, zonder dat we er iets voor hebben gedaan. De merel die nu al een poosje in onze achtertuin roept dat het voorjaar komt, is een geschenk.

Veel hebben we niet zélf in de hand, maar we kunnen wél iets doen om “met de genade mee te werken”, zoals snoeien. Zodat de takken elkaar niet in de weg zitten, er overal voldoende zonlicht bij kan komen, en de boom zijn energie kan steken in het bloeien en het maken van nieuwe appels.

“Vasten” is als takken snoeien. Je haalt iets wég om ruimte te maken. Want te veel energie in teveel dingen steken leidt tot verwarring. “Less is more”. Nu ik dit opschrijf, voel ik dat het in deze periode van mijn leven sowieso een belangrijk thema is: ik verlang ernaar me te verdiepen, te groeien in dat wat ik kan, thuis in de grond waar ik sta, met mijn wortels bij de bron.

In deze periode wil ik een serie schrijfsels maken over de ontdekkingstocht naar wat “Vasten” voor mij betekent. Ik wil er wat mee experimenteren. Ik ervaar het niet als een periode van dingen “niet mogen”, maar juist een tijd om aandachtiger stil te staan bij wat er allemaal te ontdekken en te ontvangen valt als je het overbodige weg durft te laten. Misschien wil je wel mee op ontdekkingstocht.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *