Dudeljoo En Anders Niet

20160514_163254

Ik had het me al een tijdje voorgenomen. Met Vera naar de Froskepolle. Dat eilandje ten oosten van Leeuwarden, vroeger een afgelegen stortplaats voor bagger en slib, nu een avontuurlijke plek, zeker voor een zesjarige. Maar óók voor een drieënveertigjarige met een romantische inslag.

Als de dagen lengen, ga ik er ’s avonds regelmatig heen. Om tot rust te komen, meditatief te wandelen, de geuren van de natuur op te snuiven. De seizoenen te voelen, zo dicht bij huis. Ik kom er zelden iemand tegen, maar ik ken er de verschillende biotopen. Het riet en de vijver, de meidoorns en het bos, de berenklauwen en de brandnetels. De appelboompjes bij de molen. En al is het verkeer van de stad nog goed te horen, juist daardoor is het er stil.

20160514_163125

Vanmiddag biedt de omgevallen boom het grootste avontuur. Eerst samen, maar dan alléén, klautert ze tussen de kale takken. Ze bestudeert het leven dat op de dode stam is ontstaan. De plantjes die er ontkiemen, de pissebedden die er wonen, en die ze zonder schroom oppakt. Mijn buitenkind, zoals ik het zelf ooit was in Leimuiden.

Tussen de Oosterweg en de provinciale N207. Daar waar ik het “Grote Bos”, het “Middenbos” en het “Kleine Bos” onderscheidde. Ik tekende er ooit een kaart van, inclusief het “Blauwe Bloemetjes Domein”, de “Grote Kuil”, de “Waterval” en de “Grote Steen”. En dat alles op een oppervlakte van hooguit 200 bij 20 meter. Ik beleefde er van alles. Meestal in mijn eentje. Ik kon er uren dwalen, voor de buitenwereld onzichtbaar door de dichte vlierstruiken en meidoorns die aan de rand van het door oude populieren gedomineerde “Grote Bos” groeiden.

20160514_165057

De tienjarige Piet kende het Leimuidense bos als zijn broekzak. Ik wist waar ik mijn voeten neer moest zetten op het steile gedeelte van de dijk, daar vlakbij het “Blauwe Bloemetjes Domein”, om niet in de door olie en accuzuur vervuilde prutsloot van “Vianen Recycling” te tuimelen. Ik wist hoe “geneeskrachtig” het bos was. De dovenetels, de weegbree en het speenkruid. Het fluitenkruid en de vlier. Ik wist zeker dat de frisse lucht mijn moeder zou helpen toen ze op een dag door een zware hoofdpijn was geveld. Ze ging met me mee op een door mij uitgestippelde wandeling. En zowaar: een uurtje later was haar hoofdpijn “gezakt” en kon ze weer verder met haar taken.

Hier, nu, vandaag, met mijn dochter in de Froskepolle, betrap ik me op de gedachte “Wat zou ik mijn moeder graag weer eens meenemen naar het bos….zou de mist in haar hoofd dan misschien een beetje optrekken?” Maar ik ben hier met Vera. We trekken tussen hagel- en regenbuien, afgewisseld met felle zon, naar de andere kant van het eiland. Af en toe huppelen we, soms zit ze een stukje lachend op mijn rug. We zingen “Ga mee naar buiten allemaal, dan zoeken wij de wielewaal. En horen wij die muzikant, dan is’t zomer in het land. Dudeljoo klinkt zijn lied, dudeljoo klinkt zijn lied, dudeljoo en anders niet!”

20160514_171138

Nog meer liedjes passeren de revue. Wat een dynamiek gaat er van dit kind uit. Het zingen, het springen, het lachen en het dansen. De theatrale inslag en de tomeloze energie. Ik zie er de laatste tijd veel van mijn moeder in. Uitbundig, een rijke binnenwereld, en het niet zo gemakkelijk hebben met zichzelf. Ik ben blij dat ik haar vanmiddag meegenomen heb.

Als ze, op weg naar huis tijdens een volgende hagelbui, achterop de fiets dicht tegen me aan kruipt, zegt ze: “Pappa, ik ben moe en heb het nu een beetje koud!” Ik sla achter mijn rug m’n arm om haar heen, voel haar lijfje en weet dat het goed is.

20160514_161150

Eén gedachte op “Dudeljoo En Anders Niet

  1. Hilda van der Meulen

    Hallo Piet,
    Wat een schitterend verhaal..
    Vroeger als kind kwam ik daar ook wel met mijn vader.
    Toen wonend in een flat in de Giekstraat.
    Nu wonend aan het kanaal, je liep er langs vanmiddag.
    Door dit verhaal was ook ik even terug in de tijd.
    Fijn weekend nog.
    Groetjes Hilda.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *