Om Hand In Een Andere Hand

doop Jonathan 3

En zo daar, het kapelletje; huis van mijn ouders. Dicht bij waar ooit mijn leven begon.
Met onze zoon. Hem laten dopen, juist op die plek, bij déze mensen.
Zingen, natuurlijk. Van hoe een mens mens wordt, in lief en leed.
Om lippen, water, dorst te zijn.
Verbondenheid in twijfels, kwetsbaarheid, feest.
Leven en dood, jeugd en ouderdom, einde en begin.
Dat we hem “Jonathan” noemen, “Geschenk”, want we weten: niets vanzelfsprekend.
En “Pieter”, te staan op schouders van ouders. Koekje van eigen deeg.

De hand van de vriend die water neemt, overgietend de kleine, dappere.
Schoon en nieuw en speels en leven.
We zullen er voor jou zijn!
Beloven te delen van kwetsbaar en kracht.
Dat jij niet perfect, dat ik niet volmaakt, maar samen volkomen gezien en gewenst.
En spelen, en tijd, en kijken en dansen.
Niet alléén hoeven wij. Want mensen om ons heen, hier en overkant.
Een hand in een andere hand, om niet te zijn verloren op onze bezielde reis.
Naar verten die niemand weet.

doop Jonathan 2

Je zus droogt je haartjes. Jij leert ons vertrouwen.
We zalven je handen, we zalven je hoofd.
Zo’n heerlijke geur van zachte bescherming. Van eerbied voor jou, wie jij bent en zal worden.
Om nooit te vergeten waarvan jij gemaakt.
Maak je niet zorgen om eten en drinken. Niet om je kleren of uiterlijk schoon. Wij mogen vertellen waarvoor je gemaakt bent.
Wij zelf handen open. Dankbaar en open. Kwetsbaar en open. Onze handen op jou.
Geven, ontvangen, een hemel op aarde, stijgende sterren, het licht van de maan.
Mensen die dromend een stem verstaan.

We geven je licht mee. Om nacht te verdrijven.
Niet fel, overheersend, niet schreeuwerig groot.
Maar klein, en zo teer en zo pril nog als jij.
En ook net zo warm. En gemaakt van het vuur dat het donker versloeg.
Van leven en liefde, flakkerend, laaiend.
Dagelijks brood. Met hart en ziel levend.
Vuur en ijzer, zuur en zout, uit alles wordt een mens gebouwd,
en steeds opnieuw geboren.

doop Jonathan 1

foto’s Edo de Jong

tekst Piet Koek, met enkele liedregels van Huub Oosterhuis (“Uit Vuur en IJzer” en “Wonen Overal Nergens Thuis”)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *